Oekraïne. En ineens is weer duidelijk
welke verstrooiing de internationale politiek en het volkenrecht ons kunnen
bieden.

In zekere zin was het zelfs hoog tijd voor ‘Oekraïne’. Hoe onderhoudend laaghartig
het tussen staten kan toegaan dreigde uit het bewustzijn te raken. Generaties
zijn opgegroeid zonder ooit die meest tot de verbeelding sprekende daad van volkenrechtelijk
vernuft zelf mee te beleven: het internationaal incident, met als onbetwiste
nummer één: het grensincident. Juist dezer dagen wordt wel een op zich voorbeeldig
incident’ herdacht, namelijk het
doodschieten van der Franz Ferdinand in Sarajevo op 28 juni 1914. Wat daar niet
allemaal op gevolgd is! En dan gaat het nog maar om een daad – in termen van Auteursrecht
– zonder veel oorspronkelijk karakter, zij het mogelijk niet zonder persoonlijk
stempel van de dader. Ouderen onder ons weten nog van het Tonkin-baai incident,
op 2 augustus 1964. Niet van dezelfde magnitude als dat van 1914, zij het nog
altijd goed voor circa 58.000 doden aan US zijde en een veelvoud, echt een
veelvoud, daarvan aan bewoners onder de begroeiing van zuidoost Azië. Maar wel
een werkelijk oorspronkelijk daad van uitlokking, een grensincident nabij, en
daarom per saldo eigenlijk hoger aan te slaan dan de copy-cat aanslag in Sarajevo.

In deze streken is echter na WOII een incidentarm tijdperk ingetreden. Mij kwam
eens ter ore dat de Nederlandse ambassadeur bij (toen nog) de EEG in een
confrontatie met de Duitse collega een telefoondraad uit de muur rukte. Vindingrijk,
zeker, binnen de beperkingen die het Berlaymontgebouw als terrein stelt en niet
eens ongevaarlijk, vanwege het asbest. Niet het echte werk, evenwel.

Nu is het incident terug van weggeweest. In de Oekraïne, op de Krim. Ik noteerde:
Het verzoek van belangrijke delen van de bevolking ter ene zijde van een
landsgrens, aan het regime ter gene zijde, om ingrijpen teneinde hun veiligheid
te waarborgen; het oprakelen van apocalyptische vijandbeelden; en het
samentrekken van grote massa’s militairen, in ‘hoogste staat van paraatheid’ en
dus zenuwachtig en schietgraag, bij de grens. Zo uit het zelfhulpboekje: hoe maak
ik een kruitvat waar de lont al voor klaar ligt. Het is dan ook te betreuren
dat het zelfs zo’n moloch als Rusland, zelfs zo’n macho als Poetin, nota bene mét
alle steun en begrip van out-of-the-box denkers in Europa, meteen dun door de
broek loopt als de munt wat daalt en wat kapitaal de vlucht naar elders neemt.
En dus niet wordt doorgedrukt. Slappe hap. Je voelde gewoon dat ultieme incident eraan komen, het grensincident. Ik was zo benieuwd hoe ze dat gingen insteken.
Niets van gekomen, helaas. Maar ik wil niet ondankbaar zijn. We hebben een mooi
staaltje volkenrechtelijke beslaglegging gezien en
je weet nooit wat er nog gaat komen.

Waar je weinig over leest, is dat er door die Oekraïne geschiedenis nu toch wel
sterke empirische aanwijzingen bestaan voor een eigenlijke (dus niet: zinnebeeldige) internationaal-rechtelijke
geometrie, die niet minder verbluffend is dan de geometrie van ruimte en tijd.
Laat dus niemand meer zeggen dat de rechtswetenschap geen echte wetenschap is
en dat zij alleen willekeurig, zo niet transcendent gelul voortbrengt maar geen
falsifieerbare resultaten!
Een kenmerk van de Euro-Aziatische hemisfeer en de
Pacifico-Aziatische lijkt namelijk te zijn, dat in het eerste gebied conflicten leiden
tot noord-zuid georiënteerde volkenrechtelijke spanningslijnen en in de tweede oost-west
georiënteerde. Vergelijk: Oost Duitsland-West Duitsland, Oost Berlijn-West
Berlijn, Oost Europa-West Europa. En daartegenover: Noord Vietnam-Zuid Vietnam,
Noord Korea-Zuid Korea. We hadden dus kunnen weten dat, onder spanning,
Oekraïne uiteen zou vallen in oost en west. Te begrijpen is nu ook waarom de
kwestie Cyprus onoplosbaar is. Het eiland ligt in Europa, maar is verdeeld in
een noordelijk en een zuidelijk deel. Daar komt onze diplomatie,
met oost-west geografie in de genen, natuurlijk nooit uit!

Enfin, hier ligt een uitdaging op het gebied internationaal juridische theorievorming,
waarvoor waarschijnlijk een genie moet opstaan, zoals het wachten was op
Riemann in de niet-Euclydische meetkunde. En denk niet dat daar alleen maar studeerkamerpraat
uitkomt. Het levert een ‘beroepsproduct’ op, om te spreken in termen van de
afstudeereisen bij HBO-rechten. In Deventer werd op 26 april 2014 ‘Kozakkendag’
gevierd, ter herdenking dat de stad tweehonderd jaar geleden van de Fransen
bevrijd werd door Russische cavalerie. Het kan niet anders, dan dat het Kremlin
daarin een kreet om hulp heeft gezien en gehoord, al helemaal als je bedenkt
dat Deventer decennia doorging voor ‘het Moskou aan de IJssel’. Een goede
kennis ter stede, met wie ik bovenstaande inzichten al eerder deelde, heeft met
het oog op Kozakkendag meteen z’n woning in Deventer oost verkocht en iets
aangeschaft aan de uiterste westzijde. Van een invasie of annexatie is het niet
gekomen, maar hij zegt geen spijt te hebben: niets zo treurig als beter weten
en er niet naar handelen.