De
bestuurdersaansprakelijkheidspolis als feestmaal

Om onsterfelijk te worden, als advocaat, staat een veelheid van wegen open.
Vele daarvan zijn één richting, richting hel of anderszins verderfelijk,
waarmee niet is gezegd dat zij niet bewandeld worden. Een onversneden eervolle
weg is: curator worden en in die hoedanigheid naam geven aan een spraakmakend
arrest van de Hoge Raad. Alleen curatoren procederen namelijk op eigen naam,
zij het ook in hoedanigheid (QQ, derhalve). Over andere spraakmakende arresten
kan, in beperkte, goed geïnformeerde kring, mooi worden beweerd en wordt ook
wel beweerd, dat mr. die-en-die het toch maar voor elkaar gebokst heeft de Hoge
Raad zus-of-zo te laten beslissen. Het arrest wordt onder de (andere)
partijnaam gecanoniseerd. De bijdrage van de advocaat raakt onvermijdelijk uit
beeld. Hierin ligt overigens een ietwat oneerlijk maar wel passend tegenwicht
voor het gegeven – courtesy ‘De Hoge Raad van onderen’ – dat veel partijen met
een spraakmakende arrest op hun (partij)naam, bij navraag, niet bleken te weten
dat er cassatie was geweest in hun zaak.

Aaahh, de curatoren! Er was een tijd dat de SEAL’s van de balie gezocht werden
en gevonden op de M&A afdelingen van Zuidas-kantoren. Een elite-aura, meer
ontleend altijd al aan vingervlugheid en talenkennis dan aan enige fysiek
voorkomen, misschien, maar evengoed een authentiek elite-aura. Sinds 2008 is
Zuidas M&A evenwel een depressieve hoek van dienstverlening met navenant
depressieve dienstverleners. En dát, dat depressieve, blokeert iedere
associatie met de gasten die Bin Laden vingen en hun soortgelijken. Het
curatorengilde daarentegen maakte in de jaren na 2008 overuren. En de advocaten
in kwestie komen duidelijk ook meer ‘buiten’ en ogen gemiddeld iets minder
‘asperagus’ dan de M&A-squad. Curatoren, kortom, zijn nu het Corps
Commandotroepen van de Nederlandse balie. CC naast QQ. En daar komt dus bij dat
velen onder hen naamgevend zijn aan HR-arresten en daarmee onsterfelijk.

Zo ook mr. C.F.W.A. Hamm. Welke curator of justitiabele die van doen heeft met
curatoren, kent niet het arrest Ontvanger/Hamm uit 1997 (waarin de Fiscus die
per vergissing geld op een boedelrekening stortte in bescherming werd genomen;
hij kreeg de centen terug). Mr. Hamm, in hoedanigheid, wilde (destijds) niet
terugbetalen en met goede reden: er was een negatieve boedel. Of het geld nodig
was om zijn kosten te kunnen betalen vertelt het
verhaal niet. Maar hoe dan ook, een zaak die iedere advocaat met goed fatsoen
had kunnen bepleiten, welke toets van beroepsethiek daarvoor ook wordt
aangelegd. Misschien was het wel een proefprocedure en wilde mr. Hamm QQ
eigenlijk best wel terugbetalen.

Wat er van dat laatste zij, mr. Hamm QQ en CC is wéér naamgevend geweest aan
een uitspraak. Niet van de Hoge Raad dit keer, maar van de rechtbank Rotterdam
en een vonnis in kort geding ook nog. En dat van die toets lijkt me nog steeds
geen echt probleem op te leveren, maar, maar … ik kán me voorstellen dat bij
lezing van het vonnis door minder ingevoerde lieden, het risico loert van
onbegrip waar mr Hamm QQ precies mee bezig is. Opdat aan die gevoelens, if any,
op een positieve en beheerste wijze lucht kan worden gegeven neem ik nu de pen
op.

Curatoren, zeker CC curatoren, hebben soms te stellen met wanbeleid door
bestuurders van de failliete tent. De bestuurders daarvoor aansprakelijk
stellen leidt vaak tot niets. Omdat ze alleen maar alles verprutsten, maar niet
echt stalen (en dus niets hebben), of alles al hebben
uitgegeven. En dan is het bepaald een opsteker als er alleen geprutst is – bij
opzet immers geen dekking! – maar wel een verzekering werd gesloten voor
bestuurdersaansprakelijkheid. Verhaal!!
Die verzekering dekt echter doorgaans ook de kosten van verweer tegen de claim,
dus van de advocaat die in het perk treedt voor de bestuurder. De dekking
beloopt vaak één of anderhalf miljoen. Daar zou na enig succesvol procederen
toch wat van over moeten blijven voor de boedel. Zou je denken. Een bijna
komisch noot hier is dat, na beslag op de vergoeding, de verzekeraar de
advocaat van de bestuurder niet meer kan betalen, wat de kans op verhaal
natuurlijk bevordert. Maar daar wordt dan weer over geprocedeerd, in kort
geding, wat het verhaal weer beperkt. Het vonnis Rb Rotterdam d.d. 10.06.2015
(ECLI:NL:RBROT:2015:7614; JOR 2015/312), in kort geding dus ook, geeft inzicht
in wat zich zoal kan afspelen.

Ik ontleen het volgende aan genoemd vonnis. Van de dekking onder de
aansprakelijkheidsverzekering, de pot dus, resteerde € 972.361,08 toen mr. Hamm
QQ en CC op 18.06.2013 beslag legde op de uitkering en € 50k erbuiten liet
opdat de advocaat van het doelwit – zekere Huisman, bestuurder in iets met
kinderopvang (echt, geen grapje!!), maar zelf een kale kip – kon worden
betaald. Klinkt niet onredelijk, toch?
Pauvre con!! De verweerkosten beliepen ergens halverwege de bodemzaak in eerste
instantie al € 280.760,03 met een begroting van wat nog ging komen ad €
200.000. Mr Hamm QQ en CC wilde gaan tot (vrijgeven voor) € 100k kosten van
verweer. De voorzieningenrechter besloot tot vrijgave van € 400k. Goeddeels op
basis van een ‘belangenafweging’. En daarin figureert m.i. prominent dat mr
Hamm QQ en CC zelf inmiddels circa € 500.000 had opgestookt in de procedure(s).
Ik neem aan dat het daarbij niet zal blijven. Hier wordt bepaald grondig
geprocedeerd.

Nu eerst wat rekenwerk:
Verweer (in eerste instantie): 280.760,03 + 200.000 (verwachting) = € 480.760,03.
Aanval (in eerste instantie): 500.000 + PM = € 500.000 + PM.
Totaal € 980.760,03 + PM. Onder beslag € 972.361,08. NB: Huisman = kale kip.

En nu een paar vragen:
– Wat is er op te merken over het boedelbelang, als mr. Hamm QQ en CC halverwege de
rit al meer kosten heeft gemaakt dan er uit de verzekering kan komen en Huisman een
kale kip is?
– Was er, achteraf, iets voor te zeggen geweest om, bijv. kort na 18.06.2013,
in een bespreking van 2 uur met de verzekeraar, de zaak te regelen aldus dat deze
€ 472.361,03 (€ 500k ‘winst’; onmiddellijk doen!) aftikt aan de boedel (bijna €
500k in de boedel, zonder veel kosten; onmiddellijk doen!), tegen finale
kwijting van deze én de kale kip Huisman, bestuurder van iets met kinderopvang?
– Vindt u de zegswijze ‘Wie procedeert om een koe, legt er een op toe’ ook niet
meer dan tegeltjeswijsheid?
– Zegt de zaak Jarndyce vs Jarndyce u iets?

Goede of bruikbare antwoorden naar de reactiepagina.